Programma ledenvergadering 6 november 2013

Programma ledenvergadering van de Historische Vereniging Winsum-Obergum, welke gehouden zal worden op 6 november in Zalencentrum De Hoogte, Kerkpad te Obergum; aanvang 20.00 uur.

Het programma voor de avond ziet er als volgt uit:
1. Opening door de voorzitter dhr. J. Tersteeg.
2. Mededelingen.
3. Oproep tot het in leven roepen van werkgroepen.
4. Rondleiding Groninger Archieven voor de leden. Is hier animo voor?
5. Lezing van de heer J. Meijering over de historische vaarverbindingen tussen Groningen en Friesland
6. Beantwoording vragen en w.v.t.t.k.
7.  Sluiting.

Het belooft een interessante avond te worden, waarbij uw aanwezigheid zeer op prijs wordt gesteld.

De presentatie gaat over de geschiedenis van het van Starkenborghkanaal en haar voorgangers het Hoendiep en het Caspar de Roblesdiep.
In september 2011 was Noord Nederland gastheer van de internationale World Canals Conference met een programma dat onder meer aandacht schonk aan de bescherming en herontwikkeling van historische kanalen. Nog in de 20e eeuw was Nederland binnen Europa het land met de grootste dichtheid aan waterwegen. Daarvan is nu meer dan de helft buiten gebruik of gedempt. We zouden haast vergeten dat het graven van kanalen in Nederland een lange geschiedenis heeft en dat Groningen een kanalenprovincie bij uitstek is. In deze bijdrage komen enkele historische aspecten van het gebied tussen de stad Groningen en de Fries-Groningse grens aan bod.
De ontwikkeling van het Caspar de Roblesdiep tot het Van Starkenborghkanaal laat zien hoe deze vaarverbinding in de loop der eeuwen noordwaarts, in de richting van de zeekleigronden, is opgeschoven.
Ze heeft zich vooral in de breedte en de diepte ontwikkeld, van een onaanzienlijke sloot van soms maar vijf meter breed naar een 60 meter breed kanaal.
De beweegredenen voor de aanleg en de aanpassingen veranderden met de tijd.

De verschijningsvorm in het landschap verschilt aanzienlijk. Het Caspar de Robelsdiep, in aanleg al van een bescheiden afmeting, is na 1654 in onbruik geraakt en, voor zover nog aanwezig, gedegradeerd tot een perceelsloot. Het jongere Hoendiep was ruimer dan het Caspar de Roblesdiep en heeft wat meer zichtbare sporen achtergelaten. Waar het niet werd opgeslokt door het Van Starkenborghkanaal, is het oorspronkelijke beeld nog zichtbaar, zoals in het stuk van Briltil tot de stad Groningen met zijn plaatselijk bewaarde draaibruggen.

Het Van Starkenborghkanaal is in het landschap zeer nadrukkelijk aanwezig met zijn hoge (spoor)bruggen, bomenrijen en gronddepots langs de oevers. Op een aantal depots heeft spontane natuurontwikkeling geleid tot bescherming als natuurgebied. Het tracé doorsnijdt oude landschappelijke structuren en elementen, zoals de glaciale rug van Noordhorn-Zuidhorn en de oude Spanjaardsdijk. Het is een vreemd element in het landschap geworden met een zo robuuste maatvoering dat die gevoelsmatig niet meer in het omringende landschap past. Het kanaal kreeg bovenregionale betekenis en het is vanuit dat oogpunt begrijpelijk en ook aannemelijk dat het Van Starkenborghkanaal, net als de autowegen voortgekomen uit het lokale verkeersnetwerk, zich steeds meer onafhankelijk van het landschap zal ontwikkelen.

Aan de hand van tekeningen, oude foto’s en kaarten zal de ontwikkeling van deze kanalen worden toegelicht.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *